Van Bergen IJzendoornpark

Ooit boerengrond, nu ingepikt
Hier geen Friese koeien maar
Lui gekleed in ravenzwart
Gesnapt op plaats delict

Daar in het park, is dat natuur?
Mooi bedacht jawel maar ‘t blijft
Nagemaakte wildernis
Dat is vooral heel duur

Hier komen stadse lui tot rust
Loon na ‘t doordeweekse werk
Spaden steken doen ze niet
Voor hen geen last maar lust

Hier zijn slechts lui van goede wil
Zie de mannen bij de poort
Spreken doen ze met geen woord
Ze kijken ons wel stil

Twee leeuwen houden hoog de wacht
Eerder bij de Kleiwegpoort
Nu bij ’t Goudse heiligdom
De stad heeft hier de macht

Hans Wierenga

Bron:
Op deze foto, genomen rond 1910, is de ingang van het Van Bergen IJzendoornpark te zien, met de poort aan het Stationsplein. Het park is vernoemd naar Albertus Adrianus van Bergen IJzendoorn (1824-1895), een van de langstzittende burgemeesters van Gouda. Hij liet de stad bij zijn dood niet alleen een grote tuin na die het mogelijk maakte het Houtmansplantsoen flink uit te breiden, maar ook 40.000 gulden om op enige afstand van de stedelijke bebouwing een  voor het publiek toegankelijk park aan te leggen. Hij bedong in zijn testament tevens dat dit ‘wandelpark’ van twee zijden bereikbaar moest zijn, zodat de wandelaars niet langs dezelfde weg heen en terug hoefden te lopen. Landschapsarchitect H. Copijn maakte in 1897 een ontwerp voor het gebied tussen spoorlijn en Winterdijk, en dit werd in 1901 uitgevoerd. Er kwam een romantisch park met slingerpaden, waterpartijen en nostalgische houten bruggetjes, ingevuld met grasveldjes en bosschages. Twee bakstenen kolommen, met daarop de leeuwtjes van de in 1843 gesloopte Kleiwegspoort, vormden de entree aan de stationskant. Rond het park ontstond daarna een luxe woonwijk met villa’s, landhuizen en woningen voor de hogere middenstand. In 1910 werd het park uitgebreid met het Nieuwe Park, het gebied tussen Winterdijk en Nieuwe Gouwe Oostzijde. 

Bron: SAMH 0440.10967